De te gebruiken inktpatroon instellen
Met deze functie kunt u de meest geschikte FINE-cartridge van de geïnstalleerde cartridges opgeven voor een bepaald doel.
Wanneer een van de FINE-cartridges leegraakt en niet onmiddellijk door een nieuwe kan worden vervangen, kunt u de andere FINE-cartridge opgeven die nog inkt bevat, en verder gaan met afdrukken.
U geeft als volgt de FINE-cartridge op:
Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings)
Klik op Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings) op het tabblad Onderhoud (Maintenance)
Het dialoogvenster Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings) wordt weergegeven.
Selecteer de FINE-cartridge die u wilt gebruiken
Selecteer de FINE-cartridge die u wilt gebruiken om af te drukken en klik op OK.
De opgegeven FINE-cartridge wordt voor de volgende afdruktaak gebruikt.
Belangrijk
- Als de volgende instellingen worden opgegeven, werkt Alleen zwart (Black Only) niet omdat de printer de kleuren FINE-cartridge gebruikt om documenten af te drukken.
- Een andere optie dan Normaal papier (Plain Paper) of Envelop (Envelope) is geselecteerd voor Mediumtype (Media Type) op het tabblad Afdruk (Main)
- Zonder marges (Borderless) is geselecteerd in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup)
- Verwijder een niet-gebruikte FINE-cartridge niet. Er kan niet worden afgedrukt als een van de FINE-cartridges is verwijderd.